Joost Ector
Copyright: Maarten van Haaff

Liefde in beton gegoten

4 juni 2019, 9:36
Het hoeft echt niet altijd veel te zijn. Of groot, of hoog. Of nieuw, uniek, origineel, spectaculair…

Aan de noordzijde van de Rotterdamse Stadhoudersweg, tussen de Noorderhavenkade en de Sonmansstraat staat een bescheiden bakstenen appartementengebouw van net na de oorlog. Gebouwd op een moment dat er in deze omgeving veel veranderde. Met het puin van het bombardement werd de Noorderhaven gedempt en overal in Blijdorp werd gebouwd, gebouwd en nog eens gebouwd om aan de explosief stijgende behoefte aan woningen te kunnen voldoen. Dat moest natuurlijk snel en efficiënt gebeuren. Maar niet ten koste van alles. Integendeel.

Het blok zit zeer vaardig in elkaar. Vijf bouwlagen, behalve aan de kant van de Sonmansstraat, daar vier waarvan de bovenste terug ligt. Op de andere hoek springt de gebouwmassa net een beetje in om de gevelwand duidelijk te beëindigen en een (ogenschijnlijk) symmetrische indeling van de zuidgevel mogelijk te maken. Overal portiekontsluitingen, een (helaas inmiddels licht verruïneerde) plint met winkels aan de Stadhoudersweg.

Rondom bruinrode baksteen in Vlaams verband (of misschien zelfs wel Loudonsverband, dat is aan de oppervlakte niet te zien) met mooi geproportioneerde raamopeningen erin, die subtiel van afmeting verschillen. Op de bovenste verdieping zijn ze vierkant, wat de compositie mooi beëindigt. In het terug liggende gevelvlak op de hoek zitten aandoenlijke Franse balkonnetjes; de kozijnen hebben een licht gebogen toogje aan de bovenkant en de hekwerkjes zijn romantisch op een bijna verlegen manier.

Constante is de detaillering: een subtiel wit kadertje omvat donkergroene kozijnen. Moderne kozijnen inmiddels, maar in de oorspronkelijke lag het glas vermoedelijk ook al nagenoeg in één vlak met het metselwerk. Die geraffineerde minimale plasticiteit kenmerkt ook de natuurstenen lijst die de entrees de glasgevels van de trappenhuizen erboven tot een mooi verticaal element aaneensmeedt. Direct daarboven zweeft nog een klein reliëfje in dezelfde travertin, dat van het geheel een omgekeerd uitroepteken maakt.

Maar dan… helemaal bovenaan. Eerst verandert het metselwerk naar een staande richting. Om ruimte te maken, als het ware. Het draagt, over de hele lengte van de gevel, een klein betonnen kroonlijstje. Het stelt nauwelijks iets voor. Je kunt er (zoals ondergetekende) decennialang nietsvermoedend langsrijden zonder het op te merken. Wat jammer zou zijn, want in al zijn bescheidenheid is het een van de mooiste bouwkundige details in de hele stad.

De gevels van het gebouw worden namelijk beëindigd door een aandoenlijk betonnen kroonlijstje in de vorm van een gestileerd doorlopend festoen. Het geeft niets als u niet meteen weet wat dat is. Een festoen (het Franse ‘guirlande’ is vreemd genoeg veel beter ingeburgerd dan de Nederlandse vorm) is een ter versiering opgehangen slinger van textiel, fruit of bloemen. Als gebeeldhouwd architectonisch motief in hout of steen is het sinds de oudheid populair geweest, met oplevingen tijdens het (neo-)classicisme, en heeft het zoals vrijwel alle ornamentiek door de vernieuwingsdrang van de twintigste eeuw langzaam maar zeker het onderspit moeten delven.

Hoe zal het zijn gegaan? Het is 1948 en de stad is herstellende van de bijna-vernietiging. Er is niet veel geld, grondstoffen zijn schaars en ook met bouw- en ontwerpcapaciteit moet zorgvuldig worden omgesprongen. Ergens zit iemand achter een tekentafel om onder hoge druk met minimale middelen architectuur te maken. Hij (of zij?) kent zijn klassiekers, heeft een goed gevoel voor verhoudingen en een subtiele smaak, is gedreven en talentvol. In een vlaag van pure inspiratie tekent hij een feestelijk gebogen springerig lijntje. Misschien aanvankelijk tot zijn eigen verbazing. Als een grapje, of als gedachteloze doedel tijdens een slepende vergadering. Misschien zelfs wel heel weloverwogen als een bespiegeling op de tijdgeest…

Hoe zullen zijn collega’s en de aannemer hebben gereageerd? Is er gelachen? Zijn ze verontwaardigd geweest over zoveel(!) lichtzinnigheid en hebben ze bezwaren geopperd? Of is het slingerlijntje direct op waarde geschat en herkend als een gouden vondst op de meest bescheiden schaal denkbaar, om vervolgens voortvarend uitgewerkt te worden tot een detailtekening voor een eenvoudig malletje?

Hoe dan ook, het kroonlijstje zit er inmiddels zeventig jaar. Het maakt bewoners een klein beetje extra trots. Helpt kopers te verleiden om hier een nieuwe toekomst voor zich te zien. En ontlokt een glimlach aan voorbijgangers zoals ik. En dat ontroert me. Niet alleen als beeld: vertrouwd, eigenzinnig en een beetje anachronistisch. Maar ook als memento, als herinnering aan wat het betekent om ontwerper te zijn en hoe veel je in die rol kunt bereiken en betekenen. En vanwege het blijvende ongeloof dat je met zo’n klein stukje beton zo veel liefde kunt delen.

Ik fiets er soms expres even voor om. Dan weet ik weer waar ik het allemaal voor doe.


Joost Ector is architect-directeur van Ector Hoogstad Architecten. Voor Architectenweb schrijft Joost Ector iedere maand een column, waarin hij ontwikkelingen die van invloed zijn op het architectenvak van duiding voorziet.

Gerelateerde nieuwsberichten

Andere nieuwsberichten

Een vernieuwde school in zes weken

Gisteren, 16:57

Mega Mat van MVRDV is een blikvanger met boodschap op Bangkok Design

Gisteren, 16:02

Symposium over AI en de bouwsector bij hogeschool Windesheim

Gisteren, 14:26

Twee Nederlandse zorgprojecten verkozen tot internationaal beste van afgelopen tien jaar

Gisteren, 12:30

Intentieovereenkomst houten wooncomplex voor ouderen in Amsterdam

49 minuten geleden

Australië verbiedt buitenlanders huizen te kopen door woningnood

Gisteren, 11:00

Heijmans bouwt datacenter op onbekende locatie

Gisteren, 10:06