Joost Ector
Copyright: Maarten van Haaff

We verdienen betere pers

Gisteren, 09:00
Aan het eind van het eerste kwart van deze eeuw keek Bernard Hulsman in NRC met een groot artikel terug op vijfentwintig jaar Nederlandse architectuur. In zijn lekker leesbare en smakelijk geïllustreerde terugblik krijgt het neoliberalisme ervan langs en is er desondanks gelukkig ruimte voor een happy end. Helaas vormt Hulsmans lezing een te oppervlakkige weergave van de werkelijkheid.

‘Nederlandse architectuur in de 21ste eeuw: van SuperDutch tot SuperNormal’ opent met de bloeitijd rond de eeuwwisseling, toen Nederland internationaal toonaangevend was met de spectaculaire, conceptuele projecten van bijvoorbeeld OMA, MVRDV en UNStudio, de stroming die Bart Lootsma SuperDutch doopte. Vervolgens beschrijft Hulsman de neergang: de experimentele blobs die er de apotheose van hadden moeten vormen strandden, de bouwproductie werd aan projectontwikkelaars uitgeleverd en een golf van middelmatige, traditionalistische retro-architectuur volgde. Schuldig was het neoliberalisme dat zowel de sociale woningbouw als de rol van de architect verzwakte.

Maar gelukkig toch een happy end. Aan het slot ziet Hulsman een herleving in een nieuwe generatie die hij, naar Kirsten Hannema, SuperNormal noemt: architecten die terugkeren naar ambachtelijkheid, eenvoud en vakmensschap, met baksteen als nationaal symbool. Hier herkent hij kwaliteit in een ingetogen normaliteit die zelfs een soort verlossing vormt van de chaos die eraan voorafging. Nederland mag zijn internationale avant-gardepositie weliswaar kwijt zijn, maar heeft in het eerherstel van het ambachtelijke een eigen, waardige weg gevonden.

Aan deze verhaallijn valt meer af te dingen dan hier in een paar honderd woorden lukt. Sowieso was de werkelijkheid nooit zo keurig lineair als Hulsman suggereert. Ook vandaag nog bouwen de SuperDutchers hun internationale iconen. En in de woningbouw vonden parallel aan de retro-architectuur en Vinex-traditie weldegelijk ook waardevolle experimenten plaats. En door de verlossende SuperNormal-architecten af te doen als ‘baksteenridders’ wordt hooguit een deel van de waarheid verteld. De rechte lijn van spektakel via middelmaat naar ambacht is een achteraf geconstrueerde mythe.

Opvallend is ook wat er ontbreekt. Dat digitalisering in Nederland niet tot een hausse aan spectaculaire nieuwe vormen heeft geleid klopt, maar in de architectuurpraktijk vallen innovaties als parametrisch ontwerpen, BIM, 3D-printen, AI en modulaire bouwsystemen niet meer weg te denken. Je kunt geen architectuurgeschiedenis beschrijven zonder aandacht voor de instrumenten waarmee ze wordt gemaakt.

Ook het stedelijke schaalniveau blijft onderbelicht. Architectuur is niet terug te brengen tot façades en vormen, maar behelst ook gebiedsontwikkeling, verdichting, transformatie van wijken en bedrijventerreinen, herbestemming van kantoren en fabrieken. Juist op dat niveau is in Nederland veel waardevols gebeurd: van Zuidas tot Strijp-S, van binnenstedelijke verdichting rond stations tot krimpregio’s die moeten worden heruitgevonden. Deze cruciale ontwikkelingen blijven in deze terugblik onbesproken.

Er zijn meer lacunes. De internationale context ontbreekt volledig. Wat Hulsman schetst als een uniek Nederlands verval, is in werkelijkheid onderdeel van een bredere Europese ontwikkeling: overal verschoof de aandacht van spektakel naar context, van sterarchitect naar collectief, van vorm naar duurzaamheid. Nederland is zijn status van architectonisch gidsland misschien kwijt, maar loopt nog altijd mee vooraan in een internationale beweging.

Wat inderdaad nog het meest verbijstert, mij tenminste, is dat het woord duurzaamheid in tweeënhalfduizend woorden niet één keer valt. Wie terugkijkt naar wat er de laatste kwarteeuw is gebeurd op het vlak van energieneutraliteit, circulaire materiaalkeuze, natuurinclusiviteit en klimaat-adaptieve stedenbouw kan toch niet ontgaan dat zich daar een revolutie voltrekt? Hulsman negeert het thema totaal.

Terug naar de baksteenridders, want hun verlossersrol heeft in Hulsmans narratief een cynische afdronk. Terecht wijst hij op de verzwakking van de corporaties, de teloorgang van de sociale woningbouw en de verwording van woningen tot commerciële ‘woonproducten’. Maar zijn conclusie lijkt dit als fait accompli te accepteren en strandt in lof voor zorgvuldig metselwerk. Alsof een fraai baksteendetail de plaats kan innemen van de verheffingsgedachte die de Nederlandse architectuur groot maakte. Van de Amsterdamse School tot de naoorlogse tuinsteden was architectuur in Nederland steeds een sociaal project, bedoeld om burgers behalve onderdak ook waardigheid en gemeenschapszin te schenken. En als we in de SuperNormal-architecten nou bij uitstek iets zouden moeten waarderen, dan is het wel hoe ze met innovatieve woningtypologieën en krachtige stedenbouwkundige ensembles rondom gemeenschappelijkheid als centrale waarde nou juíst naar deze verheffing streven.

Hulsman brengt een verhaal dat elegant leest maar te veel essentieels weglaat, en daarmee architectuur reduceert tot beeldcultuur. Nergens verlaat hij het veilige domein van de esthetiek, om tenslotte te eindigen met de blijde boodschap dat ons tenminste nog ambachtelijkheid rest. Die troost is een wrange narratieve truc die de echte opgaven – woningnood, klimaatcrisis, sociale ongelijkheid en segregatie – uit beeld doet verdwijnen.

Het artikel doet ons vakgebied daarmee geen recht. Architectuur is geen esthetisch toevluchtsoord en al helemaal geen stijlencircus. Ze is de alomtegenwoordige infrastructuur van ons dagelijks leven – altijd tegelijk sociaal, ecologisch, technologisch en ja, óók esthetisch. De NRC-lezers waren ongetwijfeld geïnteresseerd geweest in een genuanceerd, vollediger verhaal. Ze hadden beter verdiend en wij architecten ook.


Joost Ector is architect-directeur van Ector Hoogstad Architecten. Voor Architectenweb schrijft Joost Ector iedere maand een column, waarin hij ontwikkelingen die van invloed zijn op het architectenvak van duiding voorziet.

Trefwoorden

joost ector column

Gerelateerde nieuwsberichten

Andere nieuwsberichten

Zoetmulder vernieuwt Maastrichts herenhuis met eigentijdse uitbouw

Vandaag, 15:07

Vier genomineerden voor de Abe Bonnema Architectuurprijs 2025

Vandaag, 13:00

Nominaties Publiek gebouw van het Jaar 2025 bekend

Vandaag, 09:00

Door Gortemaker Feenstra Algra ontworpen Institut Roi Albert II in Brussel officieel geopend

Gisteren, 14:53

Do Janne Vermeulen verzorgt Rietveldlezing 2025

Vandaag, 11:28

Eneco onderzoekt verkoop warmtenetten om nieuwe wet

Vandaag, 10:41

Uitwerking van plannen voor Nedersaksenlijn kan beginnen

Gisteren, 12:17

Mona Keijzer lonkt naar investeerders op vastgoedbeurs in München

Gisteren, 10:02

Jongeren debatteren in het Nieuwe Instituut met Kamerleden over wonen

6 oktober, 2:26

GL-PvdA wil komende tien jaar 36 miljard uitgeven aan woningbouw

6 oktober, 10:10
Joost EctorArchitect
ATAG Nederland
KUBUS | Specialist in BIM-software
SAPA
Reynaers Aluminium Nederland
Jansen
SAB-profiel bv
Aliplast Aluminium Systems
Kingspan Light & Air
Hagemeister GmbH & Co. KG
ALUCOBOND®
Tarkett BV
Kawneer
Grohe Nederland B.V.
Malaysian Timber Council
OCS | Office Cabling Systems
Swisspearl Nederland
Forster Nederland N.V.
VELUX Commercial Benelux B.V.
Sempergreen
Houthandel van Dam
Aluprof Nederland BV
QbiQ Wall Systems
Forbo Flooring
Schüco Nederland BV
Cedral
Sto Isoned bv
Triflex bv
Gorter Luiken BV
wienerberger
Knauf Insulation
DUCO Ventilation & Sun Control
BEWI IsoBouw
Mview+
Rockfon (ROCKWOOL B.V.)
Gira Nederland B.V.
Kingspan Geïsoleerde Panelen
GEZE Benelux  B.V.
Renson
Metaglas Groep
ABB | Busch-Jaeger
Jung | Hateha B.V.
Knauf B.V.
Saint-Gobain Glass Benelux
Faay Vianen B.V.
objectflor
Boon Edam Nederland B.V.
Hunter Douglas Architectural
VOLA Nederland BV
Forbo Eurocol Nederland B.V.
EQUITONE gevelpanelen
Holonite B.V.
AXOR + hansgrohe
Tata Steel Colorcoat®
Architectenweb
Over ons
Contact

© 2002 - 2025 Architectenweb BV / Voorwaarden / Privacy / Disclaimer / Sitemap
Annuleren
OK
Sluiten
Doorgaan
Inloggen
Maak een gratis persoonlijk account aan