Mijn reis met Berlage
17 september, 9:00
De reis per stoomschip, het gezelschap, de paradijselijke bestemming; het was een bijzondere reis die ik afgelopen zomer maakte. Met de SS Grotius vertrok ik naar IndonesiĆ«, samen met Hein Berlage. Dat wil zeggen: ik las het pas verschenen boek Berlages Indische reis ā een nieuwe vertelling van een vergeten koloniaal verhaal. Aanleiding voor de reis was de uitnodiging die hij in 1922 kreeg om lezingen te geven voor Nederlands-Indische Kunstkringen. Maar het doel van de trip was veel grootser: Berlage hoopte in āde Oostā de weg naar een nieuwe architectuur ā een Indo-Europese stijl ā te vinden.
Basis voor dit boeiende boek is het reisdagboek dat Berlage bijhield, en in 1931 werd uitgegeven onder de titel Mijn Indische reis. De auteurs borduren voort op zijn notities en plaatsen deze in een bredere context. Zo wijzen ze op het boek Der Untergang des Abendlandes (1922) van de Duitse filosoof Oswald Spengler, dat Berlage net gelezen had en een diepe indruk op hem maakte. In het boek wordt de neergang van de Westerse beschaving voorspeld. Berlage blijft optimistisch; hij gelooft in een nieuwe wereldorde waar kapitalisme zal zijn overwonnen. Waarin individualisme ondergeschikt is aan het collectieve belang en waar kunst en cultuur dienstbaar zijn aan de gemeenschap, uitdrukking zijn van die gemeenschap.
Reizen met Berlage is je mee laten voeren met de stroom; zijn gedachten gaan alle kanten op. Bij aankomst in Batavia (nu Jakarta) is hij aanvankelijk teleurgesteld; met zijn stenen gebouwen en kanalen doet de stad Hollands aan. āMaar langzamerhand, gaande langs de wegen van Batavia, werd opeens alles vreemd, voorzoover wij als aardbewoners nog door het onbekende kunnen worden verrastā, schrijft Berlage.
Het rijk geornamenteerde Hindoe-Javaanse Prambanan tempelcomplex in Yogyakarta vindt hij ākermisachtigā. Van de Borobudur is hij wel onder de indruk, alsook van de stilte op het platteland, en de manier waarop kunst en vakmanschap samenkomen in traditionele Indische architectuur. Hij maakt de vergelijking met het gejaagde Westerse stadsleven, waar kapitalisme, techniek en individualisering de overhand nemen. Het Indische gras lijkt een stuk groener.
Zo ideaal was het destijds natuurlijk niet in IndiĆ«; het was een kolonie. Berlage uit kritiek op de manier waarop de kolonisten de oorspronkelijke bebouwing vervangen door Westerse architectuur. Tegelijk stelt hij dat āer geen belangrijke Javaansche cultuur meer bestond toen IndiĆ« werd gekoloniseerd.ā En dat het niet aan hem is om te oordelen over (de)kolonisatie. De auteurs noemen hem āeen influencer avant la lettreā, iemand ādie zich bewust is van zijn rol en invloed, wat zijn toon als schrijver bepaalt: van tactisch en genuanceerd tot ontstemd en scherpā.
Tegen het eind van het boek begon ik me te ergeren aan mijn reisgenoot. Berlage kwam, zag, schreef en schetste verdienstelijk, maar wat overwon hij? Wat heeft deze ambitieuze reis uiteindelijk opgeleverd? Het antwoord komt in het laatste hoofdstuk Opnieuw op reis, waarvoor de auteurs āinspirerende mensenā uit Nederland en IndonesiĆ« vroegen om op Berlages reis te reflecteren.
De Indonesische architect Soehardi Hartono noemt Mijn Indische reis āeen blijvende inspiratiebron voor architectenā, die in tijden van klimaatverandering en groeiende sociale ongelijkheid ā de āondergangā van nu ā op zoek zijn naar betekenisvolle culturele identiteit. āHet boek doet beseffen dat architecten ontwerpen moeten maken die niet alleen visueel aantrekkelijk zijn, maar ook voldoen aan sociaal-economische, milieu- en culturele eisenā, schrijft Hartono.
Architectuurstudent Melle Haak wijst op de waarde van Berlages go with the flow-houding, juist nu we āin een wereld leven waarin we snel oordelenā. āEen reis van ontdekkingen begint met een open geestā, aldus Haak. Die gedachte neem ik mee als souvenir.
Angeline Basuki, Loes van Iperen, Ester van Steekelenburg en Petra Timmer: Berlages Indische reis ā Een nieuwe vertelling van een vergeten koloniaal verhaal (LM Publishers).
Kirsten Hannema is architectuurcriticus en schrijft voor diverse media waaronder De Volkskrant.