In de tender werd gevraagd om de nieuwbouw voor de faculteit Techniek, zoals het nu heet, op korte afstand van het bestaande Theo Thijssenhuis aan te bouwen. Omdat die opzet een smal en relatief donker atrium zou opleveren, kozen Powerhouse Company, Marc Koehler Architects en de Architekten Cie. ervoor de nieuwbouw op grotere afstand van het Theo Thijssenhuis te plaatsen, schuin, helemaal op de rand van de kavel. Zo kon een groot atrium gemaakt worden en konden de open onderwijsverdiepingen met grote terrassen daarin uitwaaieren.
Die terrassen vormen de crux van het gebouw. Dat is de plek waar studenten van elkaar zien waar ze aan werken, studenten die misschien wel een heel andere richting volgen dan zijzelf. Het is zo de plek waar cross-overs tussen verschillende vakgebieden kunnen ontstaan, hopen de architecten. Vanaf de begane grond leiden brede trappen over de terrassen naar boven. Bij de eerste drie verdiepingen steken de trappen echt dóór de terrassen heen. Dat zie je toch zelden. “Maar zo is direct zichtbaar waar anderen aan werken”, licht architect Stefan Prins van Powerhouse Company toe. “Je beweegt er echt doorheen.”
Samen met de begane grond, die momenteel nog ingericht wordt, gaan deze terrassen het kloppend hart van het onderwijsgebouw vormen. En die dynamiek moet het aantrekkelijk maken voor studenten om hier met elkaar te komen studeren. Naast het zelf dingen uitwerken en bestuderen, gaat het er toch ook om met elkaar in debat te gaan, stelt architect Pi de Bruijn van de Architekten Cie. Hoewel delen van het onderwijs misschien ook wat vaker digitaal plaats zullen vinden, zal de behoefte om elkaar te ontmoeten groot blijven, verwacht hij. In het gebouw zullen tussen de 6.000 en 7.000 studenten hun studie volgen.