Verslag netwerkevent: zit er een bovengrens aan de omvang van fietsparkeergarages?
7 december 2018, 13:22
Dinsdag 27 november vond op IJburg het Architectenweb netwerkevent rond fietsmobiliteit en -parkeren. Het werd duidelijk dat de ruimtelijke kwaliteit van fietsparkeergarages snel groeit, maar ook dat de inpassing ervan een flinke puzzel vormt. En zou er een bovengrens kunnen zijn aan hoe groot de fietsparkeergarages kunnen zijn?
Een aantal actuele feiten bevestigde de groeiende aandacht voor fietsmobiliteit. Zo beloofde staatsecretaris Van Veldhoven een aantal dagen eerder om ‘vol op de fiets te willen inzetten’. Een voornemen dat bevestigd werd met de toezegging 100 miljoen toe te leggen op provinciale en gemeentelijke fietsprojecten. Maar liefst driekwart van dat gereserveerde budget is bovendien bedoeld voor nieuwe fietsparkeerplekken.
Eveneens opmerkelijk was een Nederlandse handelsmissie naar Colombia die een dag na de bijeenkomst vertrok en waarbij fietsmobiliteit voor het eerst een belangrijke rol speelt.
Verdere kansen
Wim Bot van de Fietsersbond beet het spits af met een overzicht van de enorme aantallen fietsen in ons land (23 miljoen stuks) en de daarmee afgelegde fietskilometers per jaar (15 miljard kilometer). Het toegezegde bedrag door de staatssecretaris was mooi, vond Bot. Maar het is natuurlijk een erg laag bedrag als je het vergelijkt met wat het Rijk ieder jaar in de infrastructuur voor de auto investeert. Terwijl wel bijna 20% van we weggebruikers op de fiets zit.
De toegezegde gelden zijn trouwens geoormerkt als een 40%-bijdrage van het rijk, gaf Bot aan. Je kunt er nog 60% bovenop tellen die lagere overheden eraan toe zullen voegen. Het totale investeringsprogramma komt dan uit op 250 miljoen euro. De noodzakelijke investeringen voor de fietsinfrastructuur liggen volgens Bot echter veel hoger. Maar het gebaar van de staatssecretaris is een goed begin.
Fietsen zorgt voor een gezonde levensstijl en houdt de lucht in de stad schoon. Meer fietsen levert daarbij een vermindering op van het autogebruik en vermindert dus de druk op de wegen. Zeker in ons dichtbevolkte land, met veel relatief korte afstanden en een hoge kwaliteit van ruimtelijk ordenen, liggen de kansen en mogelijkheden voor het oprapen. De Fietsersbond gaat daarbij verder op de al ingeslagen weg die al leidde tot veel verbeteringen voor fietsgebruik(-ers). De bond zet zich in voor meer ruimte voor fietsparkeren en voor een verdere vergroting van de veiligheid van fietsers. Zo propageert de bond de introductie van een maximale snelheid van 30 kilometer per uur binnen de bebouwde kom. Snelle fietsers (e-bikes) hoeven dan niet langer op de drukke fietspaden te rijden, maar kunnen zich dan op de rijbaan mengen met het andere verkeer.
Kwaliteit voor de fiets
De bijdragen van respectievelijk Oriol Casas Cancer (wUrck), Paul van der Ree (studioSK) en Stijn Rademakers (Ector Hoogstad) gaven elk een indrukwekkend en overtuigend overzicht van de toegevoegde waarde van goed en doordacht ontwerp. Casas benoemde in zijn bijdrage allereerst een aantal minpunten van fietsgebruik en fietsers, zoals gevaarlijk fietsgedrag, slecht parkeergedrag, overmatig fietsbezit (1,3 fiets per persoon) en de fietsfiles die recent hun intrede gedaan hebben.
Grootste manco van veel fietsomgevingen is volgens Casas nog steeds het gebrek aan verblijfskwaliteit. Om die te verbeteren werkt zijn bureau aan fietsenstallingen waarbij comfort en beleving centrale begrippen zijn. Maar ook waar relatief nieuwe begrippen mee worden gewogen, zoals innovatieve parkeervormen en functiemenging. Bij dat laatste kan gedacht worden aan het combineren van meerdere functies in de (openbare) ruimte zoals parkeren, flaneren en verblijven of aan de toevoeging van horecafaciliteiten en vernieuwende (geautomatiseerde) parkeerruimtes op andere (drukke) plekken in steden. Elementen als een goede ruimtelijke inpassing, aantrekkelijke entree, vanzelfsprekende routing, bijzondere verlichting en een sterke identiteit kunnen leiden tot een sterke ruimtelijke kwaliteit voor fietsers én andere gebruikers. Allemaal gecombineerd leidt dat tot sfeervolle, nieuwe stallingen zoals die aan de Amsterdamse Strawinskylaan (Zuidas). Bij de nog te bouwen megastalling onder het Stationsplein bij Amsterdam Centraal streeft Casas naar een vergelijkbaar hoog kwaliteitsniveau.
Een soortgelijke ambitie legde ook Paul van der Ree aan de dag. Zijn bureau studioSK is onderdeel van het grote Movares en is zodoende bij veel projecten rond met name OV-knooppunten betrokken, zoals bij het (prijswinnende) Station Hengelo. Het is een typisch voorbeeld van een wat kleiner station waar de fietsparkeergarage eigenlijk het grootste gebouw van het treinstation is en het fietsparkeren dus in belangrijke mate de uitstraling van het station bepaalt.
Van der Ree liet ook op overtuigende wijze zien dat de enorme concentraties aan fietsen en het gebruik door (vaak) gehaaste gebruikers een efficiënte en logische routing vraagt en dat technische innovaties steeds belangrijker worden. Zijn er in een gang nog fietsparkeerplekken vrij, dan brandt er een groen licht; dat soort dingen.
Fietsgebruik bij OV-knoopunten heeft immers een geschiedenis van (soms nog steeds zichtbare) fietsparkeerchaos die veel weg heeft van een urban jungle. Goed ontworpen en verleidelijke parkeersystem en -ruimtes kunnen daar veel tegenwicht aan bieden. Zeker is dat de stroomlijning in tijd en praktische handelingen bij het overstappen van fiets naar trein/bus nog sterk verbeterd én veraangenaamd kunnen worden.
Stijn Rademakers van Ector Hoogstad Architecten, tenslotte, nam de aanwezigen mee in de totstandkoming van de voorlopig grootste fietsenstalling in ons land bij Utrecht Centraal. Door slim gebruik te maken van de beschikbare ruimte kon het bureau verschillende vides introduceren, die voor extra overzicht zorgen. Vanwege de grootte van de fietsenstalling heeft Ector Hoogstad er ook voor gekozen dat gebruikers de fietsparkeergarage in fietsen. In de stalling ligt een rondlopend circuit, over drie lagen, waarover naar de fietsparkeerplekken gefietst kan worden. Bestaat dat ergens anders in de wereld?
Ook benadrukt het gevolgde proces en ontwerp hier een andere elementaire voorwaarde bij dit type ontwerpen, namelijk goed opdrachtgeverschap. Onder enkele aanwezigen riep het verhaal de vraag op of er mogelijk bovengrenzen zijn aan de omvang van overdekte fietsparkeervoorzieningen. Verdwijnt bij enorm grote fietsparkeergarages de menselijke maat en zou de omvang dus beperkt moeten worden tot circa 5000 plaatsen? Of zijn de vorm en schaal dingen waar we nog aan moeten wennen? De fietsparkeergarage bij Utrecht is overigens nog niet af, benadrukte Rademakers. Het beschreven rondje is nog niet geheel te fietsen. Doe dat vooral eens als het af is, adviseerde hij.
Anticiperend ontwerp
Concluderend viel op dat er nog tal van zaken rond het ontwerp van fietsparkeergarages zijn die, te midden van de enorme schaarsprong die plaatsvindt, onderzocht en in de praktijk getoetst moeten worden. Ook is er sprake van een duidelijke en snelle ontwikkeling in het denken over en ontwerpen van fietsparkeergarages. Daarbij worden de geleerde lessen in het ene project direct toegepast in het volgende project. Vooral waar steeds met dezelfde opdrachtgever gewerkt wordt, zoals in Amsterdam, is duidelijk te zien dat de lat steeds hoger gelegd wordt.
Een heet hangijzer is nog wel de vraag of de groei van het fietsgebruik op straat daar meer ruimte vraagt. Ruimte die er, met name in steden, vaak niet of nauwelijks is. Is het mogelijk dat het toenemende fietsgebruik ingevoegd wordt in de bestaande infrastructuur en zijn de verkeersruimtes groot genoeg voor meerdere mobiliteitsvormen? De opgave vraagt in ieder geval om een flexibel ontwerp en dubbel gebruik (sharing) van zowel nieuwe als bestaande ruimte. Wat daarbij niet meehelpt is dat er in veel binnensteden weliswaar autoparkeergarages leegstaan, maar dat die qua plafondhoogte en mogelijke vloerbelasting vaak niet geschikt zijn om getransformeerd te worden tot fietsparkeergarages.
Al met al liggen er dus legio kansen en uitdagingen voor ontwerpers. Kansen die verzilverd kunnen door slim, anticiperend ontwerp en flexibele ruimtebenutting samen te parkeren.