PBL: meer maatregelen nodig tegen uitstoot stikstof door landbouw
26 februari 2024, 15:46
De plannen die provincies en het Rijk hebben opgesteld om de uitstoot van stikstof door de landbouw in de komende tien jaar flink terug te dringen, gaan niet ver genoeg. Voorgenomen maatregelen als het uitkopen van grote uitstoters helpen wel, maar ze zijn niet voldoende om de vastgelegde doelen te halen. Dat concluderen het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), de universiteit in Wageningen (WUR) en ingenieursbureau Deltares in een gezamenlijk onderzoek.
Volgens de onderzoekers ‘zullen boeren veel meer kostbare en vergaande maatregelen op hun bedrijf moeten doorvoeren’, als de overheid de doelen in 2030 of 2035 wil halen. In dat geval moet de veestapel nog verder inkrimpen, moeten natuurgebieden worden uitgebreid, en moet de gebruikswijze van honderdduizenden hectaren landbouwgrond ook veranderen. Het is ‘niet plausibel’ dat dit allemaal binnen tien jaar gaat lukken, ‘gezien de ongekende omvang van deze opgaven’.
Het Rijk heeft ruim 24 miljard euro uitgetrokken om de landbouw duurzamer te maken. Provincies denken echter dat zulke veranderingen ruim het dubbele kosten.
Prioriteiten
De instanties adviseren om prioriteiten te stellen. Niet alles kan tegelijk, maatregelen moeten ‘hap voor hap en stap voor stap’ worden doorgevoerd. Zo zouden gebieden waar de natuur sterk achteruitgaat bijvoorbeeld voorrang kunnen krijgen.
De onderzoekers vragen zich ook af of de overheid wel in staat is om de landbouw in zo'n korte tijd om te gooien. De voorstellen ‘vragen om een machinerie die veel sneller draait dan in het verleden’, terwijl de capaciteit en de expertise juist zijn afgebouwd. Verder moet duidelijk zijn wie waarvoor verantwoordelijk is. Dat voorkomt dat het Rijk en de provincies naar elkaar blijven wijzen.
De instellingen zien ook verschillen tussen de provincies. Zo trekt Groningen ongeveer 745 miljoen euro uit om zoet water beschikbaar te houden en verzilting tegen te gaan, terwijl het in Noord-Holland om 12 miljoen euro gaat.
‘Scherpe keuzes’
Volgens het IPO, een samenwerkingsverband van de twaalf provincies, laat het rapport zien dat er ‘scherpe keuzes’ gemaakt moeten worden bij de verdere ontwikkeling van de plannen. De provincies hebben zich achter de doelen geschaard voor een lagere stikstofuitstoot, maar het IPO benadrukt dat het om een gedeelde verantwoordelijkheid gaat met het Rijk.
Zo hebben provincies voldoende geld nodig om aan hun deel van de doelen te voldoen, zegt de woordvoerder. Provincies vroegen om 58 miljard euro, het Rijk denkt eerder aan zo'n 24 miljard. Of de miljarden er überhaupt komen is nog maar de vraag, aangezien een definitief besluit erover is uitgesteld tot na de formatie van een nieuw kabinet.
De onderzoekers van onder meer het PBL twijfelen of de overheid wel in staat is om het landelijk gebied binnen tien jaar om te gooien. Volgens het IPO zijn de plannen op provinciaal niveau ingericht op haalbaarheid. “Wat ik zie, is dat er ontzettend hard wordt gewerkt om de plannen zo te maken dat we er in samenwerking uitkomen”, zegt de woordvoerder. Maar of de landelijke doelen uiteindelijk gehaald worden, ligt volgens hem buiten het bereik van de provincies. Het Rijk zal moeten zorgen voor minder uitstoot van sectoren waar de provincie geen invloed op heeft, zoals de industrie.
Boeren ‘overladen’ met maatregelen
Tuin- en landbouworganisatie stelt in reactie op het rapport dat boeren worden ‘overladen’ met maatregelen rond natuur, stikstof, water en klimaat - en nog zijn die maatregelen niet voldoende om aan de huidige plannen van het kabinet te voldoen.
LTO spreekt van de ‘zoveelste evaluatie’ waaruit blijkt dat de stapeling van doelen leidt tot ‘onhaalbare en onrealistische ambities’. “Bovendien blijkt wederom dat de middelen om de huidige ambities te kunnen realiseren tekortschieten. En dat terwijl zowel bestaande als nieuwe maatregelen voor natuur-, klimaat- en milieudoelen zonder ondersteunend beleid de continuïteit van zeer veel landbouwbedrijven ernstig bedreigen”, aldus de organisatie.
LTO zegt dat er geen alternatief is en dat het kabinet terug naar de tekentafel moet. “Ook zal een volgend kabinet fundamentele keuzes moeten maken om op een haalbare en realistische wijze te werken aan de doelen op het platteland”, zegt de belangenorganisatie verder.
Bron: ANP