Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top
Copyright: Pim Top

Een architect van fundamentele andersheid

16 september, 11:51
Bij uitgeverij Maas Lawrence is het boek ‘Autonoom. 100% Carel Weeber’ verschenen, waarin architectuurhistoricus Wouter Vanstiphout in een mix van biografie, monografie en essayisme de controversiële architect onder de loep legt. Vanstiphout beschrijft leven en werk, van Weebers jeugd op Curaçao tot zijn positie als ‘ex-architect’ en onderzoekt hoe de ideeën en ontwerpen van Weeber zich hebben vertaald naar gebouwen. Een bijzonder prettig leesbaar boek, dat soms wat lijkt te bezwijken onder het streven naar compleetheid.

Carel Weeber is ooit door zijn collega’s uitgeroepen tot de slechtste architect van Nederland. Tegelijkertijd zijn veel van Weebers gebouwen inventief van vorm en constructie, is zijn architectuur monumentaal, en is zijn invloed als hoogleraar op het architectuuronderwijs en als bestuurder op de status van architectuur groot. Dixit architectuurhistoricus Wouter Vanstiphout in het voorwoord van ‘Autonoom. 100% Carel Weeber’, een boek dat over die ‘slechtste architect’ is verschenen.

Weeber wilde zijn gebouwen niet uitleggen, maar was tamelijk polemisch in zijn uitspraken over architectuur. Hij stelde zich graag op als degene die ‘slechts’ antwoord gaf op een maatschappelijke vraag, bij alle gegeven randvoorwaarden; tegelijkertijd stelde Weeber zich wel degelijk op als de auteur van zijn gebouwen, aldus Vanstiphout. Als architectuurhistoricus had hij graag Weebers gebouwen “een stevige historische plaatsing” gegeven om daarmee de dubbele houding van de architect-auteur te neutraliseren, maar het pakte anders uit.

Totale autonomie
Bij de eerste ontmoetingen met gebouwen als De Schie, De Peperklip, het Pompenburggebouw en de Zwarte Madonna maakten ze indruk door hun “totale autonomie” en intrinsieke logica te midden van hun omgeving – en Vanstiphout noemt zich nog steeds geïmponeerd door de “fundamentele andersheid van de gebouwen, de ontwerpen en de figuur van Carel Weeber”. Daar ligt een belangrijke reden om middels het schrijven van het boek op zoek te gaan naar de houding van Carel Weeber, hoe die heeft ontwikkeld en de manifestatie daarvan in zijn gebouwen.

Dat Vanstiphout ‘Autonoom. 100% Carel Weeber’ heeft geschreven vanuit de diepe indruk die de gebouwen maakten, is goed om bij het lezen in gedachten te houden. Zo ook het feit dat het startpunt voor de tekst is gevormd door gesprekken met Weeber zelf, alsook naasten en andere mensen uit Weebers directe omgeving. Vanstiphout heeft uiteraard ook zijn onderzoek gedaan, met steun van onder andere Felix Claus en de Archiktekten Cie..

Biografie en monografie
Zoals Vanstiphout zelf aangeeft, is ‘Autonoom. 100% Carel Weeber’ een mix van biografie, monografie en essayisme. Het boek begint al zelfs vóór Carlos (zoals hij eigenlijk heette) Weeber, met zijn voor voorvaderen in de tweede helft van de 19e eeuw, om de familie als achtergrond te schetsen. Dan volgt Weebers jeugd op Curaçao – waar hij geen hutten bouwde zoals andere kinderen, maar ‘bijna professioneel ogende bouwsels realiseerde’. De latere professie moet zich blijkbaar altijd al in het kinderspel aftekenen. In zijn bijdragen als redacteur van de schoolkrant betoont Carlos zich al analytisch en abstraherend; zijn latere benadering van architectuuropgaves komt niet uit de lucht vallen, lijkt Vanstiphout te willen aangeven.

Vanstiphout volgt de biografie verder – de komst naar Nederland voor studie, het belangrijke moment dat Weeber wordt toegelaten tot de Bouwkundige Studiekring, zijn afstudeerproject , het winnen van de Prix de Rome in 1966, de leerstoel en zijn benoeming tor decaan van de afdeling Bouwkunde, enzovoort, enzovoort. Hoe verder de auteur in de carrière van Weeber komt, hoe meer het biografische karakter van de publicatie – begrijpelijk – plaats maakt voor analyses van Weebers projecten en de totstandkoming ervan, van zijn woningbouwprojecten in bijvoorbeeld Dordrecht, Alphen aan den Rijn en Zoetermeer, tot metrostations voor Spijkenisse, de Peperklip, Pompenburg en De Schie. Ook niet uitgevoerde projecten, zoals voor het Malieveld in Den Haag en het Musuemplein in Amsterdam, komen aan bod. De projecten beslaan zo ongeveer de tweede helft van het boek.

Overvol
Beide – de vooral biografische en de meer monografische – benaderingen zijn heel aangenaam en boeiend om te lezen. Vanstiphout betuigt zich een heel prettige verteller. De regelmatig opgediste anekdotes (de vrij arbitraire keuze om bouwkundig ingenieur te worden; het bezoek met bier en Alvar Aalto aan de sauna) dragen zeker bij aan het leesplezier en hetzelfde geldt voor serieuzere uitstapjes die de auteur maakt.

Zo leidt de beschrijving van de schoolperiode en schoolvrienden tot een terzijde over schrijver Frank Martinus Arion. De zoektocht van de Bouwkundige Studiekring naar ‘autonome architectuur’ is aanleiding voor een uitgebreider ingaan op een boek van Emil Kaufmann uit 1933 en de Franse architectuur van de 18e eeuw. Dat is interessante en waardevolle achtergrondinformatie. Overigens: of de architectuur van Boullée wereldberoemd is bij een breed publiek sinds de film ‘The Belly of an Architect’ durf ik Vanstiphout niet na te zeggen; Peter Geenaway is ook niet echt een regisseur voor het grote publiek.

De anekdotes en terzijdes zijn amusante dan wel interessante toevoegingen aan het geheel, maar maken het boek soms ook wat overvol en lijken dan een neiging tot compleetheid. Vooral wanneer je je kunt afvragen wat het uitstapje daadwerkelijk toevoegt. Dat Weeber zich achteraf realiseert op dezelfde oceaanstomer van New York naar Rotterdam te hebben gezeten als Hugh Maaskant voelt aan als gezochte symboliek en als Vanstiphout vertelt dat Weeber de Nationale Energiemanifestatie 1955 in Rotterdam bezocht, maar niet weet wat daarvan de invloed is geweest op de architect, is de vraag of het dan van belang is om te melden.

Schat aan informatie en materiaal
Dit doet tegelijkertijd niets af aan het feit dat ‘Autonoom. 100% Carel Weeber’ bijzonder veel boeiende beschrijvingen en inzichten biedt, dat Vanstiphout daarbij interessante relaties (met andere projecten) legt, de dwarse maar consistente denkwijze van Weeber helder maakt en dat al die informatie wordt gebracht op – zoals gezegd – prettige vertelwijze. Daarbij bevat het boek werkelijk een schat aan beeldmateriaal en is het met fraai vormgegeven. Mooi dat het er ligt: één kilo, 416 pagina’s, 100% Carel Weeber.

Autonoom. 100% Carel Weeber (2024), Wouter Vanstiphout. 416 pagina’s, 16,8 x 23 cm, softcover. Nederlandstalig. Ontwerp: Lisa Brustolin. Maas Lawrence, Rotterdam. € 39,50. 
Toon alles

Andere nieuwsberichten

Nieuwe Instituut verkent geschiedenis en toekomst van de tuin

Gisteren, 15:18

LAP en Klunder winnen tender voor veertig seniorenwoningen in Krimpen aan den IJssel

Gisteren, 13:49

Een villa in de polder met mediterrane uitstraling

Gisteren, 12:04

Rotterdamse huisartsenpraktijk voor straatzorg opent deuren

Gisteren, 10:31

Kijktip: De wereld van Carlijn

Gisteren, 14:36

Een op de drie kantoren voldoet niet aan plicht energielabel C

Gisteren, 11:13

Natuurorganisaties stappen naar rechter om bescherming Noordzee

Gisteren, 09:46

Terugkijken: Bouwen met de boer

7 oktober, 11:45

Prijs nieuwbouwhuizen veel minder hard omhoog dan bestaande bouw

4 oktober, 2:27

Raad Rotterdam stemt voor aangepast plan renovatie Boijmans

4 oktober, 9:36
Robert MuisRedacteur
KUBUS | Specialist in BIM-software
SAPA
Reynaers Aluminium Nederland
Jansen
SAB-profiel bv
Aliplast Aluminium Systems
Hagemeister GmbH & Co. KG
ALUCOBOND®
Tarkett BV
Kawneer
Grohe Nederland B.V.
Malaysian Timber Council
OCS | Office Cabling Systems
Swisspearl Nederland
Forster Nederland N.V.
VELUX Commercial Benelux B.V.
Sempergreen
EeStairs | Design trappen - Balustrade - Ontwerp en constructie
Aluprof Nederland BV
QbiQ Wall Systems
Forbo Flooring
Schüco Nederland BV
AGC Nederland Holding B.V.
Cedral
Sto Isoned bv
Triflex bv
Gorter Luiken BV
Foreco Houtproducten
Wienerberger B.V.
Knauf Insulation
DUCO Ventilation & Sun Control
IsoBouw Systems bv
Mview+
Rockfon (ROCKWOOL B.V.)
Gira Nederland B.V.
Kingspan Geïsoleerde Panelen
GEZE Benelux  B.V.
Renson
Metaglas Groep
ABB | Busch-Jaeger
Jung | Hateha B.V.
Knauf Ceiling Solutions B.V.
Saint-Gobain Building Glass Benelux
Faay Vianen B.V.
objectflor
Boon Edam Nederland B.V.
Hunter Douglas Architectural
Forbo Eurocol Nederland B.V.
EQUITONE gevelpanelen
Plastica Groep
Holonite B.V.
FALK®
Tata Steel Colorcoat®
© 2002 - 2024 Architectenweb BV / Voorwaarden / Privacy / Disclaimer / Sitemap
Annuleren
OK
Sluiten
Doorgaan
Inloggen
Maak een gratis persoonlijk account aan