ZUS werkte samen met honderden ingenieurs, die vanuit verschillende afdelingen – van ‘sluisdeur’ tot ‘wegen en infrastructuur’ en ‘gebouw en faciliteiten’ – waren gericht op de werking van een onderdeel. Een belangrijke taak voor ZUS was om een overkoepelend concept te ontwikkelen en aan de hand daarvan een eenheid te creëren. “Er ligt enorm veel techniek ten grondslag aan de sluis, maar om te zorgen dat elk component – van de kleurstellingen, de dijk en de sluisdeur tot de wijze waarop de deur in de dijk zakt – bijdraagt aan een consistent verhaal,
kun je veel doen aan de verschijningsvorm van de sluis.”
“Ons uitgangpunt was dat de zeesluis niet alleen functioneel maar ook mooi moest zijn, iets waar we trots op kunnen zijn”, zegt Koreman. Voor elke schipper die hier Nederland binnenkomt, is dit de voordeur; hier moet je de eerste verwelkomende indruk maken, legt hij uit. Daarom vond ZUS het bijvoorbeeld belangrijk om de sluis in een landschap te plaatsen en het Sluisoperatiecentrum (SOC) meer dan louter een technische faciliteit te laten zijn. “Rijkswaterstaat en de gemeente
Velsen zagen dat ook in.”