Van links naar rechts: Theo Hauben, Rob Meurders, Bram van Ekeren en Niels Ponjee
Copyright: Nina Hauben
Fibonacci in Amsterdam-Oost
Copyright: Egbert de Boer
The Newton op de Amsterdamse Zuidas
Copyright: Frank Hanswijk
Velo in Amsterdam Sloterdijk
Copyright: Danny Meijer
Uitbreiding poppodium De Nieuwe Nor in Heerlen
Copyright: Mitchell van Eijk
Van Gogh Village Museum in Nuenen
Copyright: Ossip van Duivenbode
Hotel Blendin in Bloemendaal
Copyright: Ossip van Duivenbode
Twee van de drie Marconitorens in Rotterdam zijn in 2019 door diederendirrix getransformeerd tot de Lee Towers
Copyright: Ossip van Duivenbode
DomusDela in Eindhoven
Copyright: Ossip van Duivenbode
Op de plek van de Sint Jozefkerk in de Eindhovense wijk Tivoli ontwierp diederendirrix zes woongebouw
Copyright: Bas Gijselhart
Diederendirrix: "Bij ons moeten alle medewerkers in één bus blijven passen"
Zoals meerdere generatiegenoten hebben de oprichters en naamgevers van diederendirrix zich vorig jaar teruggetrokken uit de dagelijkse praktijk. Om de leiding van het Eindhovense bureau over te dragen aan een nieuwe generatie, heeft diederendirrix een andere eigenarenstructuur opgetuigd en zijn groep eigenaren uitgebreid. Architectenweb sprak met vier van hen over het proces achter de overdracht, de nieuwe eigendomsstructuur en andere zaken. “Er is bij ons niemand die maar aan één type project werkt.”
Afgelopen najaar kondigde diederendirrix aan dat de groep eigenaren van de Eindhovense firma en haar dochteronderneming bureauEAU is uitgebreid met vier personen. Bram van Ekeren, Niels Ponjee, Jeroen Schipper en Ruud van der Zanden voegden zich bij algemeen directeur Theo Hauben, Tom Kuipers en Rob Meurders, die deze stap in 2018 al hebben gezet. De oprichters en naamgevers van diederendirrix, Paul Diederen en Bert Dirrix, mengen zich sinds 1 januari vorig jaar niet meer in de dagelijkse gang van zaken en het werk van het bureau. De twee zijn nog medeaandeelhouder en adviseur, maar laten het verder over aan hun opvolgers.

Op het kantoor in Eindhoven sprak Architectenweb met vier van de eigenaren van diederendirrix; algemeen directeur Hauben en architecten Meurders, Van Ekeren en Ponjee. Zij hebben nu de verantwoordelijkheid voor een bureau dat in de afgelopen dertig jaar een grote naam heeft opgebouwd en waar het op dit moment goed gaat. Er werken in totaal 35 mensen bij diederendirrix en bouwkundig bureau BureauEAU, die beide zijn gevestigd in een voormalig bankgebouw in het centrum van de Lichtstad.
Ik wil dit gesprek beginnen met het terugtreden van Diederen en Dirrix. Behalve de oprichters en naamgevers van diederendirrix, zijn het landelijk gerenommeerde architecten. Wat betekent het eigenlijk voor een bureau als zulke mensen afscheid nemen?

Hauben: “De terugtreding heeft uiteraard niet plotseling plaatsgevonden op 1 januari 2024, maar is onderdeel van een proces dat je doorloopt. We zijn daar sinds 2017 mee bezig geweest en een jaar later stapten Rob, Tom en ik al in als mede-eigenaar. Het is een ingrijpend proces geweest. Voor Paul en Bert, omdat zij afstand moesten nemen van hun bureau en maatschappelijke positie, en omdat zij gewend waren dat het bureau op hun manier werd geleid en wij dat langzaamaan veranderden. Voor ons was vooral het vinden van een nieuwe, toekomstbestendige eigenarenstructuur fundamenteel. Het duurde wel een paar jaar voor we die hadden gevonden. Daarnaast verandert er binnen het bureau natuurlijk ook het nodige als andere mensen het bureau gaan leiden, waaronder de verhoudingen met de collega’s waarmee zij al jaren op gelijke voet samenwerkten.”
Meurders: “Tegelijkertijd verliepen sommige dingen juist erg soepel. Paul en Bert waren nog vrij traditioneel opererende architecten. Ze gingen bij een opdrachtgever langs en zeiden: het wordt geregeld. Vervolgens stelden zij veel vertrouwen in de ontwerpers binnen het bureau. Een voordeel hiervan was dat medewerkers de ruimte kregen om projecten inhoudelijk te begeleiden. Deze mensen groeiden uit tot sleutelfiguren die projecten van begin tot eind konden uitvoeren. Ook andere medewerkers kregen de vrijheid om dingen in te brengen binnen een project, mede omdat we altijd groepsgewijs werken. Dat bevordert natuurlijk hun betrokkenheid bij het bureau, waardoor ze bij ons blijven werken.
Het was een goed besluit van Bert en Paul om respectievelijk in 2014 Spoorbouwmeester en in 2016 hoogleraar aan de TU/e te worden. Zo namen zij letterlijk wat meer afstand van het bureau en konden anderen zaken overnemen. Vanaf het moment dat Theo, Tom en ik als mede-eigenaar instapten zijn we onderdelen gaan professionaliseren, zoals de organisatie, planning en financiële zaken.”
"Het was een goed besluit van Bert en Paul om Spoorbouwmeester en hoogleraar te worden"
Hoe zit het nieuwe eigenarenmodel in elkaar?
Hauben: “Je kunt het zien als een treintje waarbij de ene locomotief wordt afgekoppeld, terwijl een andere weer aansluit. Het is een systeem waarbij mensen aan de bovenkant er gradueel uitvloeien en waarbij mensen aan de onderkant kunnen aangroeien. De oude generatie levert op een gegeven moment haar aandelen in, nieuwe mensen stromen in met een kleiner aandelenpakket dat op den duur groter wordt. De jongste huidige eigenaren zijn nu in de veertig, maar we zijn al bezig met de dertigers binnen het bureau om die straks aan te laten sluiten. We betrekken ze bijvoorbeeld al bij de bedrijfsvoering en zullen ze later de mogelijkheid bieden om in te stappen als mede-eigenaar. De aandelen worden beheerd door de Stichting Administratiekantoor diederendirrix & EAU. Alle eigenaren zitten als certificaathouders in die stichting. De stichting benoemt de statutair directeur van de BV. Dat ben ik nu in mijn eentje, maar in de toekomst zal de functie worden verdeeld over meerdere personen.”
Het valt wel op dat alle eigenaren witte mannen zijn. Was er niet meer ruimte voor diversiteit?

Hauben: “Daar hebben we zeker over nagedacht en we hadden ook twee vrouwen op het oog om mede-eigenaar te worden, waarvan één op de lange termijn. Het is om uiteenlopende redenen niet gelukt hun te betrekken bij de overdracht. Eén van hen werkte hier al 25 jaar, maar vond het juist een moment om uit het bureau te stappen en les te gaan geven aan het hbo Bouwkunde. De andere is met haar man geëmigreerd naar Amerika. Er waren op dat moment geen andere vrouwen of mensen met een andere culturele achtergrond binnen het bureau klaar om de stap naar het eigenaarschap te zetten. We zijn trots dat het gelukt is het bureau te continueren met werknemers die al lang deel uitmaken van de kern van het bureau.”

Van Ekeren: “Door het vertrek van een aantal mensen aan de bovenkant van het bureau was er wel ruimte om nieuwe mensen aan te nemen. Van de vijf vacatures zijn er vier vervuld door een vrouw. We hebben ze niet aangenomen omdat ze een vrouw zijn, maar we hadden het geluk dat van de vele sollicitanten onder de grootste talenten meerdere vrouwen waren. Twee van hen kenden we al goed, omdat ze hier stage hebben gelopen. De balans in het bureau wordt steeds beter. Momenteel is ongeveer een derde van onze ontwerpers vrouw.”
Hoewel diederendirrix op verschillende plekken in het land werkt en jullie een ‘voorpost’ voor de Randstad hebben in Rotterdam, heeft het bureau een sterk regionaal profiel. De Architectuurprijs Eindhoven werd een tijdlang zelfs diederendirrixprijs genoemd omdat jullie die zo vaak wonnen. Is het een bewuste strategie om meer buiten de regio te gaan werken?

Ponjee: “We werken in principe in het hele land, maar het is heel tof om te werken aan de stad waar je woont, dat je je met je eigen leefomgeving kunt bemoeien. We hebben het geluk dat er veel kansen liggen in Eindhoven, want de stad maakt een enorme sprong. Er komen in de komende dertig jaar veel mensen bij en dat zie je aan alles, van de groeiende woningbouwbehoefte en toenemende kwaliteit van de openbare ruimte tot aan de culturele instanties en de noodzaak om nieuwe scholen te bouwen. In de afgelopen twintig jaar is Eindhoven voor ons een soort proeftuin geweest, waarbij we aan uiteenlopende projecten op verschillende schaalniveaus hebben kunnen werken. De hieruit geleerde strategieën passen we weer toe bij projecten elders in het land.”
Verwierf diederendirrix in het verleden faam vanwege transformatieprojecten als De Witte Dame en Gebouw Anton op Strijp-S in Eindhoven, tegenwoordig verschuift het accent meer naar stedenbouw en complexe, multifunctionele projecten.
"Er zitten veel opmaten in ons werk"
“Er zitten veel opmaten in ons werk”, vertelt Van Ekeren. “Naast transformaties en publieke gebouwen doen we al heel lang woningbouw. Al die projecten worden bij ons steeds groter en complexer. Door Berts achtergrond als Spoorbouwmeester werden we bijvoorbeeld steeds meer gevraagd voor verdichtingsopgaven in stationsomgevingen, daaruit ontwikkelende we een zekere expertise. Je ziet dat we nu veel grotere woningbouwopgaven doen, hybride gebouwen op complexe locaties. Daarbij is het prettig dat we ook stedenbouwkundige kennis hebben.”
“Het is voor ons ook goed om projecten in andere steden te doen”, vervolgt Van Ekeren. “Wat je zegt over de Eindhovense architectuurprijs herken ik wel. Toen ik nog niet bij diederendirrix werkte, maakte ik als jonge architect deel uit van een soort regionetwerk en daar werd ook zo naar het bureau gekeken. Ik denk dat een frisse blik van buitenaf soms interessant kan zijn voor een stad. Wij doen bijvoorbeeld projecten in Amsterdam, zoals The Newton op de Zuidas, Velo Sloterdijk en Fibonacci in Oost. Regelmatig pakken architecten uit Amsterdam of andere steden juist weer grote projecten in Eindhoven op.”
Dat laatste zien we natuurlijk al een aantal jaren gebeuren. We noemen bijvoorbeeld Haasje Over van VMX Architects en de transformatie van de BunkerToren door Powerhouse Company, of het supervisorschap over bepaalde stadsdelen door niet-Eindhovenaren als Adriaan Geuze en Don Murphy. Wat voor effect heeft dat op de stad?

Meurders: “Het is niet zo dat er alleen nog architecten van buitenaf worden aangetrokken. Je hebt partijen als woningcorporatie Trudo die ambitieus zijn en ook in zee gaan met architecten van buiten de regio. Aan de andere kant zie je dat een bedrijf als ASML, wat in feite een geëvolueerde Philips-organisatie met wortels in Eindhoven is, niet met Bjarke Ingels gaat werken, maar kiest voor een regionale architect. Ook veel corporaties gaan ‘gewoon’ verder met lokale architecten.” Hauben vult aan: “Wel komen beleggers uit Amsterdam hier naartoe en die nemen andere architecten mee. Dat was voorheen veel minder het geval, projecten werden gefinancierd met lokaal geld.” “Ik denk dat er momenteel wat betreft architecten uit de regio en van buitenaf sprake is van een gezonde mix in Eindhoven”, stelt Meurders.
Rob, jij bent voorzitter van de Eindhovense welstandscommissie. Hoe kijk jij aan tegen de enorme woningbouwopgave die er de komende decennia ligt in de Brainportregio?

Meurders: “Als je het hebt over de koers van de regio, merk ik dat iedereen een beetje zoekende is. Ik zeg niet dat het de verkeerde kant op gaat, maar ik merk dat veel zaken worden gedreven door cijfers, urgenties als woningnood en media-aandacht en dat de diepgang soms lijkt te ontbreken. Het is goed om verder te kijken: waar komt de vraag vandaan, wat zit er achter de vraag en welke antwoorden kunnen we daarop geven voor een langere termijn? We zitten enerzijds in een economische werkelijkheid, waarbij aspecten als betaalbaarheid en een steeds strakker wordende regelgeving een belangrijke rol spelen. Tegelijk moet je je ook afvragen wat alle ontwikkelingen betekenen voor de leefkwaliteit. Volgens mij schuilt de oplossing niet alleen in het realiseren van veel woningen, maar is het net zo belangrijk om voor culturele en maatschappelijke gebouwen en voorzieningen te zorgen. We hebben het niet alleen over Eindhoven, maar over een Brainport-regio waar gebieden en gemeenten elkaar niet beconcurreren maar versterken.”

Van Ekeren: “Je ziet dat ze er bij de gemeente Eindhoven werk van maken om de groei beter te sturen en begeleiden. Er zijn gebieden aangewezen waar ze de groei laten landen en er worden vooraf kaders gesteld, in plaats van overal ad hoc te verdichten. Er wordt gelukkig steeds meer gewerkt vanuit visie, niet alleen in Eindhoven, maar bijvoorbeeld ook in Helmond. En dat is ook nodig. Eindhoven is een stad van twee snelheden. Een groot deel van de bevolking heeft weinig met Brainport, voor hen geldt een hele andere realiteit dan de groeiende groep expats en techneuten. En in Veldhoven zijn ze aan de ene kant heel blij met een groeimotor als ASML, maar tegelijkertijd eet dit bedrijf het hele dorp op. Dat levert heftige tegenkrachten en groeipijn op. Volgens mij lukt het de regio steeds beter om hier goed mee om te gaan.”
Hoe wil diederendirrix zich verder ontwikkelen?

Meurders: “Dat is eigenlijk een luxevraag die je stelt. Het gaat goed met onze stedenbouwtak en met recent gerealiseerde en verworvenen opdrachten voor culturele, onderwijs- en kantoorgebouwen hebben wij weer een volgende stap gemaakt. Wil je dat laatste blijven volhouden, dan moet je vol in de tendermodus. Op het moment dat er een interessante tender wordt uitgeschreven, moeten we aan de bak. Tegelijkertijd werken we ook aan de genoemde complexe woningbouwprojecten. De luxe waar ik het over heb, is dat je het bureau zo kunt organiseren, dat al deze zaken goed blijven gaan.”

Van Ekeren: “Er is hier niemand die maar aan één type project werkt, bijvoorbeeld of woningbouw of culturele opgaven. De verschillende typen opdrachten en schaalniveaus waaraan je werkt, voeden elkaar juist. We laten onze medewerkers samenwerken in wisselende teams en steken veel energie in het delen van kennis, zodat je als een team ontwikkelt.”

Hauben: “We proberen steeds meer om onze organisatie daarop af te stemmen, dat alles soepeler en slimmer gaat zonder dat je enorm hoeft te groeien als bureau. Het is niet onze ambitie om heel groot te worden. Ik zeg altijd: al onze medewerkers moeten in één bus passen. We willen elkaar wel blijven kennen.”

Gerelateerde nieuwsberichten

Andere nieuwsberichten

Jaarbeurs kondigt eerste editie van vakevenement Future Facade aan

Vandaag, 15:55

TU Eindhoven investeert tweehonderd miljoen in nieuwe gebouwen

Vandaag, 14:31

Serge Schoemaker Architects wint woningbouwcompetitie in Zwitserland

Vandaag, 13:49

Nieuwe Open Call voor Architectuur en Bouwkunst

Vandaag, 09:30

Amsterdam haalt ambitie woningbouw opnieuw niet

Vandaag, 13:23

Overheden steken 175 miljoen in bereikbaarheid Groningen

28 februari, 9:12

Koopstarter profiteert van woningverkoop door investeerders

27 februari, 12:07

Noord-Brabant mag zone rond A59 herinrichten

26 februari, 4:03

Zeeland wil geen hoogspanningsmasten over de Westerschelde

26 februari, 9:18

Gemeenteraad Rotterdam stelt bestemmingsplannen RISE en Lumière vast

25 februari, 10:22
Ronnie WeessiesRedacteur
KUBUS | Specialist in BIM-software
SAPA
Reynaers Aluminium Nederland
Jansen
SAB-profiel bv
Aliplast Aluminium Systems
Kingspan Light & Air
Hagemeister GmbH & Co. KG
ALUCOBOND®
Tarkett BV
Kawneer
Grohe Nederland B.V.
Malaysian Timber Council
OCS | Office Cabling Systems
Swisspearl Nederland
Forster Nederland N.V.
VELUX Commercial Benelux B.V.
Sempergreen
Houthandel van Dam
Aluprof Nederland BV
QbiQ Wall Systems
Forbo Flooring
Schüco Nederland BV
Cedral
Sto Isoned bv
Triflex bv
Gorter Luiken BV
wienerberger
Knauf Insulation
DUCO Ventilation & Sun Control
IsoBouw Systems bv
Mview+
Rockfon (ROCKWOOL B.V.)
Gira Nederland B.V.
Kingspan Geïsoleerde Panelen
GEZE Benelux  B.V.
Renson
Metaglas Groep
ABB | Busch-Jaeger
Jung | Hateha B.V.
Knauf B.V.
Saint-Gobain Building Glass Benelux
Faay Vianen B.V.
objectflor
Boon Edam Nederland B.V.
Hunter Douglas Architectural
VOLA Nederland BV
Forbo Eurocol Nederland B.V.
EQUITONE gevelpanelen
Holonite B.V.
AXOR + hansgrohe
FALK®
Tata Steel Colorcoat®
© 2002 - 2025 Architectenweb BV / Voorwaarden / Privacy / Disclaimer / Sitemap
Annuleren
OK
Sluiten
Doorgaan
Inloggen
Maak een gratis persoonlijk account aan