Cover van de dissertatie
Copyright: Lidwine Spoormans
Waarden framework Pareira Roders
Copyright: Lidwine Spoormans
Categorieën van attributen zoals benoemd per groep van stakeholders.
Copyright: Lidwine Spoormans
Web van attributen 'mijn tuin'
Copyright: Lidwine Spoormans
Matrix van stedelijke en architectonische fysieke attributen
Copyright: Lidwine Spoormans
Niet alles is erfgoed 
– alles is erfenis
Op 13 december promoveerde Lidwine Spoormans aan de TU Delft op de dissertatie ‘Everyday Heritage, Identifying attributes of 1965-1985 residential neighbourhoods by involved stakeholders’. Haar centrale stelling was: ‘Everything is heritage, so nothing is heritage’. Daar klinkt activistisme in door, hetgeen Spoormans op strenge vragen van het wetenschappelijke beoordelingscomité kwam te staan. Zij parafraseerde het beroemde citaat van Virginia Woolf: ‘A part-time PhD candidate needs money, a history and a room of one’s own’. Ik besloot mijn fascinatie op te schrijven, bij wijze van voorwoord dat misschien bijdraagt aan het begrip van de wordingsgeschiedenis van deze dissertatie en dat bij wetenschappelijke publicaties achterwege blijft.
Tussen 2003 en 2011 werkte Lidwine Spoormans bij het architectenbureau biq stadsontwerp waar ik samen met Rick Wessels directeur was. Die periode valt ongeveer samen met de ontwerp- en uitvoeringsperiode van de renovatie van 704 naoorlogse knikflats in Rotterdam Ommoord en de publicatie van het boek Architectuur in de kapotte stad, waarin geprobeerd werd om dit soort ontwerpopgaven rationeel te formuleren.

Rick en ik vonden destijds meer aansluiting bij ‘het lelijke en het gewone’ van de Amerikaanse architecten Robert Venturi en Denise Scott Brown dan bij de plechtige erfgoeddiscussies over de wederopbouwwijk. Wij discussieerden over veelvoudige
problemen: investeringen, financiële opbrengsten, onderhoud en uitvoeringsproblemen, maar ook over lokale geschiedenissen. Pim Fortuyn was net vermoord. Ommoord was een van de bakermatten van de Rotterdamse leefbaarheidsbeweging. Gesprekken begonnen dikwijls met concrete voorvallen, bijvoorbeeld met klachten over nieuwe huurders die het waagden om hun fiets op de galerij neer te zetten. Dat ging in tegen de ongeschreven codes in de flatgemeenschap die 30 jaar lang tamelijk homogeen was. Diezelfde conversaties konden naadloos overgaan in de nuchtere conclusie dat de dingen nu eenmaal veranderen en dat hier in feite sprake was van doodgewone verstedelijking, waarbij uiteenlopende instromers de plek van de pioniersgeneratie innemen.

Uit de wirwar van observaties, meningen en doelen probeerden wij een rationele opgave-definitie voor het ontwerp te destilleren. De belangstelling voor het lelijke en het gewone maakt een architect echter niet ineens verantwoordelijk voor van alles en nog wat. Rick en ik waren beducht voor ‘scope creep’, tegen de tendens dat opgaven uitdijen tot zij over alles en dus over niets gaan. Wij bakenden de inbreng van ons bureau af van de zaken die buiten ons mandaat en onze expertise als ontwerper van gebouwen vielen.

Lidwine Spoormans werkte mee aan het Ommoord project en ontwikkelde zich tot een kritische fellow traveler. Na haar vertrek startte zij haar eigen architectenbureau, raakte betrokken bij het onderwijs aan de TU Delft, schreef met Marjolein van Eig de publicatie 'Koppen, het aanzien van de kopgevel in de afgelopen 125 jaar' en begon aan haar dissertatie.

Precies in de ontwarring van observaties, meningen en doelen in de erfgoeddiscussies heeft zij stappen gezet. Spoormans gebruikt verschillende methoden om die wirwar te ordenen. Zij doet dit door attributen (de fysieke en niet-fysieke dingen in de ruimtelijke erfenis) te ordenen in verschillende ruimtelijke schaalniveaus. Zij maakt onderscheid tussen de verschillende belanghebbenden en laat zien hoe verschillende belanghebbenden (bewoners, bezoekers, plaatselijke professionals, bestuurders, academici, makers en eigenaars) daarnaar kijken.
Enerzijds is dat een volstrekt getalsmatig exercitie. Het blijkt bijvoorbeeld dat professionals zich vaker beperken zich tot hun eigen domein, terwijl voor bewoners allerlei verschillende aspecten van belang zijn. Hetzelfde geldt voor belanghebbenden met een gemengd profiel, zoals de ontwerpers die tevens bewoners zijn of de bestuurders die ook academici zijn. Anderzijds is dat een kwestie van interpretatie. Zo brengt Spoormans met webdiagrammen in beeld hoe het tastbare attribuut ‘tuin’ verbonden is aan de activiteit ‘zitten’ en uiteindelijk relateert aan noties van gemeenschap, romantiek, schoonheid en trots. Bewoners
van Almere Haven blijken zich bewust van de gewoonheid van hun woonomgeving in vergelijking met steden als Amsterdam. Zij koppelen dat besef moeiteloos aan het vakantiegevoel dat de natuur om de hoek oproept. Uit Spoormans’ bevindingen komt een stabiele habitat naar voren – een feit van belang in het duurzaamheidstijdperk.

Spoormans hanteert een veelvoudige definitie van de attributen van het lelijke en het gewone. Zij ontstijgt de straatinterviews die in de stedelijke vernieuwing wel eens vereenvoudigd worden tot cartoons waarin alle problemen even groot zijn. In de tekstballonetjes variëren de opinies van de respondenten van de onvermijdelijke trivialia over hondenpoep, zwerfvuil en lekkende ramen tot serieuze zorgen over de betaalbaarheid en het ontbreken van sociale cohesie. Je kunt bewoners serieus nemen zonder ze het natuurlijke gelijk van de ervaringsdeskundige te gunnen.
De vernieuwing van de stad is gebaat bij het vinden van eenvoudige antwoorden op ingewikkelde vragen. Dat is wat anders dan de vragen zelf te vereenvoudigen. In de praktijk is de opgavedefinitie helaas vaak een facultatief gebeuren, waarin belanghebbenden ad hoc bediend worden en beslissers moeiteloos schakelen tussen de verschillende vragen die aan de orde zijn. Zo lijkt het duurzaamheidsthema dominant in het ontwerppraktijk, maar is het zelden een onderwerp dat gekoppeld wordt aan concrete voordelen voor belanghebbenden in de bestaande stad. Het is een thema dat bij budgettaire tegenwind eenvoudig uit beeld raakt. Kortom, de progressieve ideeënwereld en de concrete belevingswereld van belanghebbenden raken ontkoppeld. Het sentiment over dat falen manifesteert zich steeds duidelijker, niet alleen in de laatste verkiezingsuitslag.

Of nu alles wel of niet onder de noemer erfgoed valt, Spoormans concludeert dat voorzichtig omgesprongen moet worden met de woningbouw tussen 1965 en 1985. Zij pleit voor een meer gelijkwaardige en wederkerige verhouding tussen burgers en bestuur en voor de democratische vernieuwing van erfgoedprocessen.

Everything is heritage, so nothing is heritage, het activisme van Lidwine Spoormans komt als geroepen. Het lijkt mij dat de Nederlandse taal de mogelijkheid biedt om die stelling aan te scherpen: niet alles is erfgoed – maar alles is erfenis. Over de status van het erfgoed valt nauwelijks te twisten. Een erfenis moet je verdelen en dat staat garant voor pittige gesprekken.
Hans van der Heijden is architect met een portfolio van woningbouw en hergebruik. Hij is honorair hoogleraar aan Liverpool University, lid van de Gestaltunsrat van Potsdam en redacteur van de BONAS-reeks.

Gerelateerde nieuwsberichten

Gerelateerde evenementen

Andere nieuwsberichten

Maarten van Kesteren ontvangt Abe Bonnema Prijs voor Jonge Architecten 2024

Gisteren, 17:30

Schiphol zoekt architecten om luchthaven eenduidiger uitstraling te geven

6 december, 3:21

Twee woongebouwen op plek oude Renault-garage in Zwolle

6 december, 2:26

Woontorens Bossa Nova vormen sluitstuk woningbouw in Haarlems Aziëpark

6 december, 1:29

‘Bouwsector krimpt in 2024 maar herstelt komende twee jaar’

6 december, 4:17

ING: directe uitstoot bouwsector daalt nog amper

6 december, 11:07

Pensioenfederatie doet niet meer mee aan Woontop minister Keijzer

6 december, 9:16

Brabant trekt beurs om restauratie monumenten te bevorderen

5 december, 1:58

Stroomnet ook in Zuid-Holland vol, grootverbruikers op wachtlijst

5 december, 9:50

Kamer teleurgesteld in ‘oppervlakkige’ stikstofplannen Wiersma

4 december, 3:37
Hans van der HeijdenArchitect
KUBUS | Specialist in BIM-software
SAPA
Reynaers Aluminium Nederland
Jansen
SAB-profiel bv
Aliplast Aluminium Systems
Hagemeister GmbH & Co. KG
ALUCOBOND®
Tarkett BV
Kawneer
Grohe Nederland B.V.
Malaysian Timber Council
OCS | Office Cabling Systems
Swisspearl Nederland
Forster Nederland N.V.
VELUX Commercial Benelux B.V.
Sempergreen
EeStairs | Design trappen - Balustrade - Ontwerp en constructie
Aluprof Nederland BV
QbiQ Wall Systems
Forbo Flooring
Schüco Nederland BV
Cedral
Sto Isoned bv
Triflex bv
Gorter Luiken BV
Foreco Houtproducten
wienerberger
Knauf Insulation
DUCO Ventilation & Sun Control
IsoBouw Systems bv
Mview+
Rockfon (ROCKWOOL B.V.)
Gira Nederland B.V.
Kingspan Geïsoleerde Panelen
GEZE Benelux  B.V.
Renson
Metaglas Groep
ABB | Busch-Jaeger
Jung | Hateha B.V.
Knauf Ceiling Solutions B.V.
Saint-Gobain Building Glass Benelux
Faay Vianen B.V.
objectflor
Boon Edam Nederland B.V.
Hunter Douglas Architectural
Forbo Eurocol Nederland B.V.
EQUITONE gevelpanelen
Plastica Groep
Holonite B.V.
FALK®
Tata Steel Colorcoat®
© 2002 - 2024 Architectenweb BV / Voorwaarden / Privacy / Disclaimer / Sitemap
Annuleren
OK
Sluiten
Doorgaan
Inloggen
Maak een gratis persoonlijk account aan