Dutch Design Week 2021: zoektocht naar nieuwe waarden
22 oktober 2021, 16:00
De twintigste editie van de Dutch Design Week vindt plaats van 16 tot en met 24 oktober op een groot aantal plekken, verspreid over Eindhoven. De centrale vraag van deze editie is of we ook met minder toekunnen; bij vele presentaties klinkt ook de zoektocht naar een nieuwe visie op waarde door.
De Dutch Design Week speelde zich vorig jaar noodgedwongen nog volledig online af; dat was voor bijna iedereen behelpen. Wat een geluk dat het designevenement zijn jubileumeditie – de DDW bestaat 20 jaar – weer in de fysieke wereld kan presenteren. Op meer dan 100 locaties, aldus de organisatie, vindt de bezoeker presentaties en exposities. Daarnaast zijn er voor verdieping ook bijvoorbeeld lezingen en debatten.
Voor wie het lastig vindt zich in de veelheid een weg te vinden, heeft de DDW gewoontegetrouw weer een aantal routes uitgestippeld. Onder de acht gecureerde routes zijn dit jaar bijvoorbeeld een tocht langs ‘eco-pioniers’, sociaal-maatschappelijke ontwerpen, vormgevers van de stad van morgen of langs design dat wellicht tot de toekomstige ontwerpiconen behoort.
Stapje terug
Het doet wellicht ironisch aan: deze tot de nok gevulde DDW kent als overkoepelend thema The Greater Number: The search for the better number. De impliciete vraag is of het ook wat minder kan, daar waar mens en maatschappij vooral gericht lijken op meer: een streven naar meer geld, meer bezittingen, meer (woon)oppervlakte , meer consumptie en ook meer producten en meer afval door snelle vervanging.
Hoe we een stapje terug kunnen doen wordt bijvoorbeeld onderzocht door ontwerper Arne Hendriks, op wiens initiatief een kleine nederzetting op het Ketelhuisplein in Strijp-S is gerealiseerd. Het Hara Hachi Bu-dorp bestaat uit opgeknapte tweedehands tuinhuisjes. Zijn naam ontleent het dorp aan het Japanse uitgangspunt hara hachi bu, dat zegt dat je niet moet eten tot je vol zit, maar tot je genoeg hebt gehad; 80% is voldoende. De ontdekking van dit eenvoudige devies in Japan inspireerde Hendriks het principe ook op andere vlakken te onderzoeken. In het ‘dorpje’ in Strijp-S gaat het naast ‘voldoende’ vooral om gemeenschappelijkheid.
Waarde en waarderen
Minder verbruiken, meer hergebruiken, de waarde van spullen (her)ontdekken en samenzijn zijn belangrijke onderwerpen bij deze editie van de DDW, die op tal van plekken terugkomen. In Microlab is een expositie ingericht over de relatie die mensen hebben met producten onder de noemer Things that Matter.
Hier zijn onder meer oplossingen te zien van een aantal ontwerpers voor het Circulair Warenhuis. Deze instelling zoekt nieuwe toepassingen voor de reststromen van kringloopwinkels, de spullen die vernietigd worden omdat ze onverkocht blijven. Zo zocht Fraser McPhee nieuwe toepassingen voor spaanplaat, heeft Studio Makkink & Bey met graveerwerk en een speciaal tafelkleed waarde aan glaswerk toegevoegd en heeft Studio Nienke Hoogvliet nieuwe poefjes gemaakt van garens uit afgedankt keukentextiel, dat de studio heeft gekleurd met rozemarijn en salie.
De meest confronterende presentatie van Things that Matter is Value // Values, door Nienke Hoogvliet en Tim Jongerius. Zij lieten twee vloerkleden vervaardigen en volgden het proces vanaf het scheren van de schapen; het ene kleed is in Armenië geknoopt, het andere in Nederland. In de installatie mag het publiek de kleden beoordelen (waarderen) en bepalen welke waarde elk kleed heeft. Aan het einde krijgt de bezoeker een rekening per kleed.
Welzijn in de stad
Welzijn en ontmoeting in de stad is het onderwerp van de Sweco Design Challenge, waarvan het ingenieursbureau in het Klokgebouw de tussenstand presenteert. Sweco toont de oplossingen van drie jonge ontwerpstudio’s voor het creëren van (nieuwsoortige) ontmoetingsruimten in de stedelijke ruimte. Die kunnen bijvoorbeeld worden gecreëerd op onverwachte plekken, of een ander soort eigenaarschap krijgen. De winnaar wordt later bekend gemaakt. De Design Challenge maakt deel uit van een What if Lab – een initiatief van de Dutch Design Foundation (DDF), waarbij ze grote partijen aan jonge ontwerpers koppelt.
Verschillende actuele problemen worden onderzocht in de zogenoemde World Design Embassies. Net als de What if Labs is dit een initiatief van de DDF, vanuit de overtuiging dat ontwerpkracht in belangrijke mate kan bijdragen aan het vinden van oplossingen voor maatschappelijke problemen. Elk thema krijgt een ‘embassy’, wat wil zeggen dat DDF een programma en een alliantie van ontwerpers en partners rond zo’n thema maakt.
De langlopende programma’s omvatten onderzoeken, lezingen en conferenties waarmee de deelnemers verkennen hoe design kan worden ingezet. Dit jaar toont de DDW de (tussentijdse) bevindingen van acht embassies. De Embassy of Rethinking Plastic, die is gecureerd door en wordt gepresenteerd in Yksi, heeft onderzocht hoe we op een andere manier kunnen omgaan met het vermaledijde, maar moeilijk te omzeilen plastic; de Embassy of Water heeft zich verdiept in verschillende facetten van onze omgang met water. Een installatie van Studio Makkink & Bey maakt dat – al te consumptieve en vanzelfsprekende – gebruik al direct bij de entree in het Designhuis duidelijk.
De Embassy of Mobility, die zich presenteert in het Klokgebouw, onderzocht hoe leefbaarheid in steden – in casu de Brainport-regio – kan worden vergroot door een andere kijk op mobiliteit niet langer de auto als bepalende factor van de inrichting te nemen. Onder vijf mogelijk oplossingen zijn bijvoorbeeld de herontwikkeling tot een vijftien-minuten-stad, werkplekken buitenshuis maar in de buurt om (auto)verkeer te beperken en een herinrichting van de stad waarbij langzaam verkeer en niet langer de auto uitgangspunt is. Het voorstel ‘blik voor groen’, waarbij inwoners groen in de wijk krijgen in ruil voor het buiten de woonwijk parkeren van de auto, gaat de gemeente Eindhoven daadwerkelijk testen.
Bijzonder interessant is de Embassy of Circular & Biobased Building, aanwezig met een huis, dat op het Ketelhuisplein volledig is opgebouwd uit circulaire en biobased materialen. De installatie The Exploded View: Beyond Building is geen voorbeeld van het duurzame huis in de toekomst, maar een concrete uitstalling van vele mogelijke toepassingen. Naast bekende toepassingen als hout en vlas toont Biobased Creations, de organisatie achter dit expohuis, bouwmaterialen met schimmels, bacteriën, algen en bijvoorbeeld 3D-geprinte wanden uit papierafval, alsook de verschillende rollen van levende planten in en rond de woning.
Labyrint
Hoewel tijdens deze DDW ook weer talloze producten te zien zijn die niet meer dan een zoveelste ontwerpvariant betekenen, is het inspirerend en zelfs hoopgevend dat er zoveel wordt nagedacht over een andere samenleving. Vooral ook dat er ontwerpers zijn die verder gaan dan recycling en gebruik van natuurlijke materialen, maar kijken naar fundamentelere veranderingen in onze opvatting over waarde en esthetiek.
De weg naar een toekomst die gezonder, inclusiever en bescheidener is, is niet eenvoudig. Dat is prachtig verbeeld door Floris Alkemade in een labyrint uit witte doeken, gevuld met kunstwerken, foto’s, video’s en teksten. De expositie is een ‘vertaling’ van zijn essay De Toekomst van Nederland; de kunst van richting te veranderen. In het essay beschrijft hij de complexe en grote opgaven waar we voor staan en hoe we antwoord kunnen geven; in het labyrint laat Alkemade zien dat we al zoekend en paden proberend, andere manieren van denken en handelen moeten en kunnen vinden.