Het atrium ligt in het verlengde van de nieuwe entree, die naar de gevel aan het Frederiksplein is verplaatst. Oorspronkelijk lag de entree aan de westzijde, aan het Westeinde. Maar met het verdwijnen van het cashcentrum kon deze nu aan de noordzijde gelegd worden, aan het Frederiksplein. Om dit mogelijk te maken is de kluis aan deze zijde doorgezaagd. Die zaagsnede is zichtbaar gelaten. Vanaf de nieuwe entree lopen medewerkers en gasten straks door de oude kluis richting het nieuwe atrium, van waar ze zich verder
door het gebouw verspreiden.
In en rond de oude kluis wordt een nieuw bezoekerscentrum ingericht dat in maart geopend zal worden. Aan de hand van een interactieve tentoonstelling zal hier uitgelegd worden wat De Nederlandsche Bank precies doet.
De achter het bezoekerscentrum gelegen binnentuin, die nog wat tijd nodig heeft om te groeien, is tijdens kantooruren eveneens toegankelijk voor het publiek. Maaike van Leuken van de bank kan zich voorstellen dat in de binnentuin, die stadstuin gedoopt is, in de toekomst ook tentoonstellingen of evenementen plaats kunnen vinden.
Achter het bezoekerscentrum en de binnentuin begint het beveiligde gebied van De Nederlandse Bank. In de laagbouw zijn een aantal gebieden toegankelijk voor gasten, zoals het vergadercentrum en de dubbelhoge ruimte die daaraan ligt, maar ook het restaurant aan de andere kant, dat uitkijkt over de Singelgracht. Verder is het gebouw alleen voor medewerkers toegankelijk.
Langs de Singelgracht heeft De Nederlandsche Bank trouwens een eigen kade. Bij de renovatie is een deel van deze kade verlaagd, met 2,5 meter verbreed, en toegankelijk gemaakt voor de stad. Het blijft eigen grond van de bank, maar deze nieuwe kade is dag en nacht vrij toegankelijk, waardoor een ontbrekend deel in het stedelijk netwerk hersteld is. Door de kade te verlagen is de watergang hier ook nadrukkelijker te ervaren dan op de verder meestal hoge kades in de stad.