Milaan 2018: ontmoetingen van kunst en ontwerp
23 april 2018, 15:45
De Salone del Mobile en de Milan Design Week 2018 zijn afgelopen weekeinde afgesloten. Deze editie werd door veel bezoekers ervaren als weer drukker, omvangrijker en verspreider over de stad. Tot de nieuwe locaties behoorden Ventura Centrale, Ventura Future en het gezamenlijke initiatief van Anne van der Zwaag en Lensvelt.
De organisatie Ventura Projects heeft vorig jaar het nieuwe evenement Ventura Centrale opgezet; dit jaar is dat evenement uitgebreid en is er Ventura Future aan toegevoegd. Na acht edities Ventura Lambrate laat de organisatie de wijk Lambrate achter zich. Het designevenement in de voormalige industriewijk werd in de loop der jaren zo populair, dat de huurprijzen steeds hoger werden en steeds meer partijen – die niet altijd inhoudelijk aansloten – de wijk opzochten. Ventura Projects blijft geïnteresseerd in de maakprocessen en in nieuwe, zoekende ontwikkelingen, aldus oprichter en curator Margriet Vollenberg. Tijd voor nieuwe locaties.
Onder de sporen
Ventura Centrale is – net als vorig jaar – de plek voor de omvangrijkere, installatie-achtige presentaties. In de catacomben onder het enorme treinsporenpakket van het Milanese centraal station hadden dit maal tien partijen een presentatie ingericht. Daaronder was AGC Asahi Glass, dat in een esthetische installatie haar nieuw ontwikkelde glas liet horen.
Een paar catacomben verderop was de presentatie van Editamateria, een galerie die ontwerpers, kunstenaars en ambachtslieden opdrachten geeft voor limited editions, waarbij materiaal steeds het uitgangspunt is. In dit geval ging het om de bijzondere, wat rauwe houten meubels van Antonio Aricò, die werden gepresenteerd in een klein huisje, losstaand in de enorme, verduisterde ruimte. Editamateria maakte de plek met keramiek, glas en een schilderij uit de eigen collectie tot een volwaardige artistieke installatie, die het huis niet als in glossy woonmagazines voorstelde, maar als een sobere schuilplek. Bezoekers werden er verrassend stil.
Compleet anders ging het er aan toe in de ruimte die door architect-ontwerper David Rockwell was getransformeerd tot The Diner, een ode aan het typisch Amerikaanse etablissement. Met hulp van diverse meubel- en materiaalleveranciers heeft Rockwell, samen met ontwerpstudio 2x4 en tijdschrift Surface, diners in verschillende stijlen gecreëerd, die samen een functionerende en drukbezochte pleisterplaats vormden.
Een kleurige en interessante presentatie was ook Design Work van Eileen Fisher. De onderneming van de mode-ontwerpster startte in 2009 een programma, waarbij ze haar kleding terugneemt om te verstellen en verven en opnieuw op de markt te brengen. Niet alle kleding was geschikt voor hergebruik; na jaren besloot de onderneming te onderzoeken of er uit de restanten nieuw textiel was te maken. In een fraaie presentatie toonde Eileen Fisher zowel de viltachtige resultaten, als op oude kleding gebaseerde kunstwerken.
Opleidingen
Het nieuwe evenement Ventura Future was bijzonder omvangrijk, met een groot aantal presentaties op drie locaties ten oosten van het centrum. Een pand was daarbij volledig toebedeeld aan diverse opleidingen, achttien in totaal. Het gepresenteerde verschilde sterk in kwaliteit. Zowel inhoudelijk als in vormgeving sterk was de bijdrage van de Burg Giebichenstein University of Art and Design uit het Duitse Halle; in een laboratoriumachtige setting toonden de studenten experimenten met biologisch gevormde mineralen – zoals voorwerpen uit calciumcarbonaat dat door een bacterie wordt gecreëerd. Ook toonde de opleiding hoe garens en ‘textiel’ kan worden gevormd met algen.
Interessante ontwerpen waren ook te zien bij de presentatie Southern Treasures van de Maastricht Academy of Fine Arts and Design (MAFAD). Een paar voorbeelden. Furn Fu Ture is een collectie stevig, massief serviesgoed van letterlijk Nederlandse bodem en houten meubels uit Nederlands essen. De meubels bestaan volledig uit hout, met traditionele houten verbindingen, duidelijk in het zicht gehouden. Ghislaine Ortmans’ werk is geïnspireerd op dierenhuiden. Die bestaan vaak uit talloze, dezelfde deeltjes – bijvoorbeeld schubben – die samen de verschijningsvorm en de functie bepalen. Dit principe heeft Ortmans vertaald naar oppervlakken die zijn samengesteld uit losse deeltjes, die de gebruiker naar believen kan verplaatsen om het aanzicht te veranderen. In tegenstelling tot wat in de recycle-industrie gebeurt, heeft Jessica den Hartog plastic gerecycled op kleur. Resulteert in de industrie het ongescheiden recyclen in grijs nieuw plastic, Den Hartog laat zien dat recyclen in een welgekozen combinatie van kleuren een meerwaarde kan opleveren.
Fooddesign
Een andere benadering van afval was te zien op de locatie Futurdome, waar bijna zestig ontwerpers of studio’s aanwezig waren. Daaronder de jonge Nederlandse studio F,G,H met drie enorme marmeren kamerschermen. Het drietal waaruit de studio bestaat heeft onder meer een architectuur-achtergrond en zet die kennis in voor projecten op andere schaal. De Marble Screens zijn vervaardigd met uit blokken marmer die, door scheuren of andere oneffenheden, ongeschikt zijn om er de tandaardplaten uit te zagen. Dit ‘afval’ heeft F,G,H tot een aantal golvende staande schermen gevormd. Het eveneens Nederlandse Fabrique Publique heeft, in samenwerking met Cor Unum, nieuw serviesgoed en andere gebruiksvoorwerpen gemaakt van afgekeurd keramiek.
Studio Schneemann en Van Krimpen Fotografie hebben afval, verzameld in de straten van Rotterdam, gebruikt voor – in elk geval voor het oog – smakelijke gerechten: Rubdish. Diederik Schneemann en Aldwin van Krimpen leggen eerst het afval fotografisch vast zoals het is gevonden; vervolgens wordt met de ingrediëten een bord opgemaakt; dat wordt dan weer gefotografeerd op een gestileerde manier. Het ‘culinaire’ project heeft geen ander doel dan eens op andere wijze te kijken naar afval.
Echt culinair werd het op het dakterras van het woongebouw waarin Futurdome zijn intrek had genomen. Daar konden bezoekers vier nieuwe smaakmakers proeven, die designstudio Foodcurators heeft gecreëerd naar aanleiding van een opdracht van het Zuiderzeemuseum. Dat vroeg de studio de oude eetcultuur rond de voormalige Zuiderzee te onderzoeken en nieuwe interpretaties te bedenken van de vergeten smaken en gerechten. Op een kar poften de ontwerpers aardappelen, die op smaak konden worden gebracht met kervelpesto, ansjoviszout, specerijenstroop of haringpoeder. Voor elke smaakmaker was een aantrekkelijk apart keramisch potje ontworpen, gebaseerd op traditioneel keukengerei.
Terug naar de opleidingen: ook de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunst Denemerken (KADK) presenteerde op humoristische wijze onze omgang met voedsel, onder meer met driemaal daags een interactieve performance.
Oase Diocesano
Een nieuwe locatie vormde ook het binnenhof met aanliggende ruimten van het Museo Diocesano, waar curator-ondernemer-publiciste Anne van der Zwaag en Lensvelt hun gezamenlijke intrek hadden genomen. Voor Van der Zwaag ontwierp Space Encounters ‘Bar Anne’. Over een gang van het gebouw strekte zich een installatie van kleurig verlichte poorten op. Daar omheen en in aangrenzende ruimtes waren ontwerpen te zien van onder andere Jelle Mastenbroek, Aart Van Asseldonk, Klaas Kuiken, Handmade Industrials (Rutger de Regt en Marlies van Putten) en VANTOT. En uiteraard was er een bar.
De andere helft van het terrein was ingericht als Fondazione Lensvelt – een knipoog naar het even verderop gelegen complex van Prada. Lensvelt introduceert alleen nieuw meubilair, zo legt hij uit, als het bestaande meubilair niet meer voldoet, als er om welke reden dan ook een behoefte aan een nieuwe ontwikkeling is. Dit jaar heeft Lensvelt geen nieuws te tonen, maar “niet naar Milaan gaan is geen optie”. Dus, op instigatie van Van der Zwaag, heeft Lensvelt zijn eigen meubilair teruggekocht via bijvoorbeeld Marktplaats en Ebay “voor soms meer dan het oorspronkelijk heeft gekost”, zegt hij semi-verbolgen.
Aangevuld met Lensvelt-meubels die zijn geleend en showroommodellen heeft Maarten Spruyt voor Lensvelt een expositie ingericht, waarbij de meubels zijn opgenomen in installaties en gecombineerd met fascinerende kunstwerken van respectabele namen als Joep van Lieshout, Felix Burger, Christaan Zwanikken, Marleen Sleeuwits en Isabelle Wenzel. Zo creëerden Van der Zwaag en Lensvelt een plek waar de bezoeker van design en kunst kon genieten, maar zich ook uit de drukke stad kon terugtrekken in een oase achter historische muren.