Bezoektip: Museum Boijmans Van Beuningen in het Rijksmuseum
18 december 2023, 13:10
Voor wie nog wat beweging zoekt of de zinnen wil verzetten in de komende vrije dagen, is de tentoonstelling ‘Museum Boijmans Van Beuningen in het Rijksmuseum’ wellicht een tip. Nog tot 14 januari is in Amsterdam een groot aantal werken uit de collectie van het Rotterdamse museum te zien. Ard de Vries en Donna van Milligen Bielke ontwierpen de tentoonstelling. De grafische vormgeving is van de hand van Irma Boom office.
Het lichtkunstwerk ‘Breathe, Walk, Die’ van Ugo Rondinone is aan de buitenzijde van het Rijksmuseum geplaatst, zodat iedereen het vanaf het Museumplein kan zien. De woorden van het kunstwerk vormden de inspiratie voor de keuze van de werken uit de verzameling van Museum Boijmans Van Beuningen, die in de Philipsvleugel wordt getoond.
Uiteeenlopende kunstenaars
De selectie omvat werk van uiteenlopende kunstenaars, zoals Yayoi Kusama, Pablo Picasso, Jheronimus Bosch, Christopher Wool, Pieter Bruegel de Oude, Edgar Degas en Cindy Sherman. Samen bieden de negentig gekozen kunstwerken een verhaal over het leven van de mens, vanaf de geboorte tot de dood.
De tien zalen van de Philipsvleugel zijn bij deze tentoonstelling elk ingericht volgens een eigen thema. “De tentoonstelling biedt een reis door het menselijk bestaan met kunst vanaf de middeleeuwen tot nu”, vertelt Friso Lammertse, conservator bij het Rijksmuseum. “Alles wat de mens in zijn leven meemaakt – geboren worden, de jeugd, volwassen worden, seksualiteit, ouderdom en overlijden – is universeel, maar werd door de eeuwen heen steeds anders ervaren.”
Doorkijken en relaties
Elke zaal heeft een titel die is ontleend aan een van de werken binnen het betreffende thema. Dat de thema’s op zichzelf staan, maar tegelijkertijd met elkaar verband houden, is in de vormgeving tot uitdrukking gebracht met nadrukkelijke doorkijken.
Leidraad daarbij zijn de door Wim Quist bedachte doorgangen tussen de zalen; die bevinden zich vaak in de hoeken van de zalen. Dit zorgt voor optimale wandruimte, maar kan ook resulteren in verrassende perspectieven en relaties tussen kunstwerken. Zo zijn bij binnenkomst ‘De Marskramer’ van Jheronimus Bosch en ‘Zittend kind’ van Duane Hanson in de zaal erachter in één oogopslag te zien. In de ruimte ernaast geldt dit voor ‘L'Extase maternelle’ van George Minne, die in één perspectief is verenigd met ‘La Petite Danseuse de quatorze ans’ van Degas.
In het midden van de grote zalen hebben De Vries en Van Milligen Bielke grote objecten geplaatst, waarop kunst tentoongesteld staat. Bezoekers mogen ook op deze objecten gaan zitten. Bij de vormgeving van de objecten vormde het Burgerweeshuis van Aldo van Eyck een inspiratiebron.
Lot
Met zijn schilderij van de voorbijtrekkende marskramer verbeeldde de laatmiddeleeuwse schilder Jheronimus Bosch het bestaan van de mens: hij kijkt achterom naar de door hem bewandelde weg en wat de toekomst brengt, is onzeker. Aan het einde van de museale reis ziet de bezoeker twee kunstwerken tegenover elkaar, in verschillende ruimten: een schilderij van Bruegel de Oude tegenover een kleine tekening van Goya.
De Toren van Babel staat in de Bijbel symbool voor menselijke hoogmoed die door God wordt afgestraft. Een toren willen bouwen tot in de hemel getuigt echter ook van ambitie en doorzettingsvermogen, ondanks tegenslagen die zich als donkere wolken lijken samen te pakken, zegt De Vries. Net na de Spaanse burgeroorlog tekent Goya de dansende oude vrouw met castagnetten, die blij is met haar lot. Het is de ultieme menselijke tragedie: het leven is eindig, maar we weten niet wanneer ons einde komt. Sommigen hebben het geluk om oud te worden en te dansen tot het laatste moment. Amor fati.