“De kassen die in de glastuinbouw gebruikt worden, zijn bouwkundig niet per se complex. Maar omdat het een verregaand geoptimaliseerd product is, loop je wel tegen wat zaken aan als je ze gaat aanpassen
”, begint architect Jago van Bergen van Van Bergen Kolpa Architecten. “Maar het zijn uiteindelijk wel die aanpassingen die deze kas zo publiek maken.”
“Bij Agrotopia hebben we de ‘kop’ en de ‘staart’ verbijzonderd”, gaat architect Niklaas Deboutte van META architectuurbureau verder: “De toegepaste kas is zes meter hoog, maar knikt aan de ringweg van Roeselare omhoog tot twaalf meter hoogte – dat is de kop. Helemaal aan de andere zijde komt de kas juist tien meter omlaag, van het dak van het veilinggebouw naar de begane grond – dat is de staart.”
Door het kasdak aan de kop en de staart als gevel in te zetten, maakt Agrotopia zijn bijzondere functie leesbaar voor de stad. De gekantelde dakvorm heeft daarbij als voordeel dat de helft van de glasvlakken de zon reflecteert en dat je door de andere helft echt naar binnen kunt kijken, legt Deboutte uit. “Zo zijn gevels ontstaan die altijd deels werkelijk open en transparant zijn.”
De aanpassingen die nodig waren om de glasdaken-als-gevels te maken, hebben de architecten zoveel mogelijk de logica en esthetiek van de hoofdkas laten volgen. “Maar vooral voor de windbelasting moesten we natuurlijk wel het een en ander toevoegen”, vertelt Van Bergen. De verwarming, die normaal gesproken ónder het dak hangt, is hier door de gevelconstructie heen geleid en niet wit maar gegalvaniseerd van kleur. En de constructie staat niet óp de vloer, maar is erin gestort. “Zo wordt een kasdak een gebouwgevel.”